Als rijke bankier en industrieel kwam hij naar Amsterdam (1615). In 1615 voerde hij met toestemming van de Staten-Generaal 400 kanonnen en kogels in ten behoeve van de admiraliteiten en dreef nadien nog een uitgebreide handel in krijgsbehoeften
In 1627 emigreerde De Geer naar Zweden, voornamelijk om de lasten van de tol in de Sont te omzeilen. Louis verkreeg van Zweedse koning het monopolie op de koper- en ijzerhandel en werkte zo goed en kwaad als het ging samen met de familie Trip en De Besche.
In 1640 is De Geer opnieuw opnieuw naar Zweden getrokken en in het daaropvolgende jaar in de adelstand verheven. De titel stelde hem in staat driekwart van de gepachte landerijen te kopen. Toen was hij heer van Österby, etc. in Uppland een mijnbouwgebied ten noorden van Stockholm
Zijn huis in Stockholm is tegenwoordig de Nederlandse ambassade. |